Dit jaar viert Nederland – voor het eerst sinds de nazitijd – Bevrijdingsdag met een praktisch volledige afsluiting van het openbare leven. En dat alles vanwege een epidemie die voorlopig niet meer slachtoffers eist dan een forse griepepidemie, zoals die in 1957 of 1968. Waarom dan toch die extreme reactie om het land op slot te gooien?
Kees van der Pijl
Veel duidt erop dat niet de beweerde medische noodsituatie, maar de sociale onrust aan de basis ligt van de repressieve reactie van overheden, vooral in Europa. De kloof tussen de 1% en de 99% was de afgelopen jaren sterk gegroeid. De Gele Vestjes in Frankrijk, een bijna-volksopstand over de nieuwe pensioenwet: allemaal huisarrest! Ook de tweede ronde van de verkiezingen, die er voor Macron niet best uitzag, is opgeschort. En in Nederland? Tweedaagse onderwijsstakingen en aanhoudende boerenprotesten lieten zien dat het virus van de ontevredenheid ook hier duidelijk de kop had opgestoken. Voorlopig geen tractoren meer op de snelwegen en het Malieveld!
Overheden proberen in zo’n crisis hun macht uit te breiden. Maar waarom wordt de lockdown door de meerderheid zonder morren geaccepteerd, compleet met boetes van 390 euro voor wie niet voldoende afstand houdt?